De Watergroep met een vieze geur
De Watergroep, het vroegere VMW, baart ons meer en meer zorgen. We kunnen ons niet van de indruk ontdoen dat sedert de komst van de nieuwe directeur-generaal, de top de pedalen kwijt is.
We zijn begonnen aan onderhandelingen over een sectoraal akkoord. De directie en de raad van bestuur hadden als eerste hun punten overgemaakt (de omgekeerde wereld dus). Deze gingen echter niet over verbetering van arbeidsvoorwaarden van het personeel, waarover het bij een sectoraal akkoord toch zou moeten gaan. Er stonden slechts enkele bevestigingen in van wat het personeel al had en uiteraard, zoals men van de Vlaamse overheid wil leren, iets over administratieve vereenvoudiging waarbij men enkel verworvenheden wil terugnemen.
Naast deze verkeerde zet, zijn er nog totaal andere punten, buiten het sectoraal akkoord, die voor ACOD en ACV (VSOA vindt dit alles niet zo erg) onverteerbaar zijn en die ondertussen hebben geleid tot een stakingsaanzegging:
- de nieuwe directeur-generaal stuurde enkele maanden geleden een brief aan de minister van Pensioenen om de gunstige tantième waarvan het personeel van de Watergroep zou kunnen genieten, niet te moeten toepassen.
- een aantal consultancyopdrachten worden toegekend aan kennissen en verwanten van leden van de raad van bestuur.
- aan kennissen en verwanten van de raad van bestuur worden jobs toegewezen, dit zonder één enkele proef.
- bepaalde functiehouders genieten van een maandelijkse forfaitaire onkostenvergoeding van 250 euro. Deze directieleden krijgen er echter een creditcard bovenop.
- er is de blijvende outsourcing van taken, zonder een kosten/batenanalyse. 35 leasingwagens werden ingehuurd voor sommige personeelsleden die dit echt niet kunnen verrechtvaardigen om te gebruiken als dienstvoertuig, temeer dat ze er een treinabonnement eerste klasse bovenop krijgen. Dit maakt volgens ons echter deel uit van het loon en moet dus eerst worden onderhandeld op het sectorcomité 18.
Om dit alles aan te klagen trokken ACOD en ACV met een beperkt aantal militanten naar de jaarlijkse algemene vergadering van de Watergroep en werd een audiëntie geëist bij de raad van bestuur. Na kort aandringen – er stonden iets verderop een 100-tal militanten te wachten om dit indien nodig af te dwingen – werden we ontvangen en hebben we al onze bekommernissen uitgelegd en deze schriftelijk afgegeven aan de leden van de raad van bestuur. We hebben voorgesteld dat er van elke vakorganisatie één persoon mee zou zetelen in de raad van bestuur, onbezoldigd en met raadgevende stem. Dit laatste omdat we sterk de mening zijn toegedaan dat deze raad van bestuur onze gratis consultancy broodnodig heeft. Ook werd er onvermijdelijk en zeer terecht een stakingsaanzegging aan toegevoegd.
Achteraf hebben we met de twee vakorganisaties personeelsvergaderingen ingericht. De opkomst was enorm; de frustraties waren zeer groot. We kregen de duidelijke boodschap dat het personeel recht achter ons staat.
Op 5 juli werden we uitgenodigd bij de voorzitter en de directeur-generaal om onze grieven en eisen te bespreken. De leasingwagens (terecht of onterecht toegekend) worden niet teruggeschroefd, een zitje in de raad van bestuur kan niet, administratieve vereenvoudiging moet er kost wat kost komen enz. In één woord: we praten tegen dovemansoren.
Gelet op het verlof van enkele leden van de raad van bestuur en veel van onze leden hebben wij nog geen actiegevoerd. Dit kan echter niet uitblijven. Het is enkel een kwestie van dagen, maximaal enkele weken, voor we tot harde acties overgaan. We rekenen ook op de verantwoordelijkheid van de politiekers en de regeringscommissarissen dat deze zeer dubieuze praktijken voor eens en altijd stoppen. Misschien vloeit er nog veel water naar de zee vooraleer het zover is, maar de kraantjes zouden wel eens droog kunnen komen te staan...
Jan Van Wesemael