VAIO: schiet niet op de verkeerde pianist

Nieuws maandag 1 maart 2010

De Belgische diplomaten, maar ook de Vlaamse economische vertegenwoordigers en de technologisch attaché in het buitenland, ontvangen bovenop hun salaris ook een zogenaamde postvergoeding. Deze vergoeding is een financiële compensatie voor het werken en leven in het buitenland. Tot voor kort werd deze vergoeding beschouwd als kosten eigen aan de werkgever en werd er dus geen bedrijfsvoorheffing op betaald.

In het arrest van 23 juni 2009 van het Arbeidshof te Brussel werd gesteld dat deze postvergoeding geen werkelijke kosten dekt en dus in aanmerking komt als loon. In navolging van alle andere Belgische overheden met personeel in het buitenland, zal Flanders Investment and Trade de componenten 'mobiliteit' en 'standplaats' ten belope van acht procent van de postvergoeding, samenvoegen met het belastbaar inkomen.
Voor de Vlaamse economische vertegenwoordigers betekent de fiscalisatie van een gedeelte van de postvergoeding alvast een financiële aderlating van 80 à 130 euro netto per maand. Alles laat trouwens vermoeden dat de RSZ dezelfde methodiek zal volgen.

Door de collega’s van ACV werd gevraagd aan de FIT-directie om dit financieel verlies te compenseren. De ACOD-fractie in de schoot van het entiteitsoverlegcomité is van oordeel dat het de federale overheid is die driftig op zoek is naar nieuwe inkomsten. De FIT-directie treft dus geen schuld. Als er al moet worden geprotesteerd, is het zonneklaar dat minister Didier Reynders in het vizier moet worden genomen. Dit lijkt ons gevaarlijk. De minister zou wel eens van oordeel kunnen zijn dat acht procent van de postvergoeding als belastbaar voordeel, een te gering percentage is.

Bij FIT staat het water tot aan de lippen. Er moet zowat 25 miljoen euro worden bespaard op export en innovatie. Dit geeft een directe impact op de werking van het agentschap: minder buitenlandse beurzen, minder exportpromotie. Dit in tegenstelling tot wat voogdijminister Kris Peeters beweert, namelijk dat export en innovatie pijlers zijn van de VIA-campagne. Met deze aanpak is het echter weinig waarschijnlijk dat Vlaanderen tegen 2020 bij de vijf Europese topregio’s zal behoren.

Voor ACOD is het duidelijk dat aan deze specifieke problematiek aandacht moet worden besteed bij de besprekingen en onderhandelingen over een nieuw sociaal akkoord. Een sociaal akkoord, naar analogie met de specifieke akkoorden die worden afgesloten voor het instructiepersoneel van de VDAB.

Richard De Winter