De onderhandelingen zijn eindelijk begonnen: naar een sectoraal akkoord voor de Vlaamse overheid?

Nieuws dinsdag 1 september 2015


Er was een lange aanlooptijd nodig, maar de onderhandelingen voor het bereiken van een sectoraal akkoord tussen vakbonden en Vlaamse overheid zijn begin juli eindelijk van start gegaan. In september en oktober gaan de onderhandelingen voort.

We hopen dat er een consensus gevonden kan worden in het belang van het personeel, maar houden ons hart al vast, aangezien we bij de vorige onderhandelingen ook geen akkoord konden afsluiten omdat de overheid het been stijf hield.

Zware onderhandelingen

Al van bij de eerste onderhandelingssessie was het duidelijk dat het zware onderhandelingen zouden worden. We zouden waarschijnlijk naar een gesplitst akkoord kunnen gaan van twee jaar (kwalitatief) en daarna drie jaar (kwantitatief). De Vlaamse regering heeft echter al aangegeven dat er voor een eventueel eerste akkoord geen extra middelen beschikbaar zijn en dat alles binnen de budgetten van de entiteiten dient te gebeuren. Dit zet natuurlijk al meteen een domper op de verwachtingen en mogelijkheden. Beide partijen hebben elkaar een eisenbundel overhandigd met de verschillende voorstellen.
Tijdens de onderhandelingen zullen aan beide kanten eisen afgevoerd worden, aangezien niemand alles kan binnenhalen. Toch willen we als vakbond onderhandelen in het belang van het personeel.
We geven hier alvast de belangrijkste eisen van de Vlaamse overheid en van het gemeenschappelijk vakbondsfront weer.

Eisenbundel van de overheid

- Coaching: men wil nieuwe leidinggevenden beter coachen.
- Elders verworven competenties: de overheid wil meer gebruik kunnen maken van deze mogelijkheid.
- Plaats- en tijdsonafhankelijk werken: investeren in opleiding van leidinggevenden voor een aangepaste leiderschapsstijl in het kader van ‘het nieuwe werken’.
- Welzijn: als er middelen zijn, kan het ergonomisch werken bevorderd worden.
- Bevordering tewerkstelling personen met een arbeidshandicap en chronische ziekte: aantal voorbehouden betrekkingen verhogen, via begeleidende stage de tewerkstelling van doelgroepen bevorderen en de maatregel rendementsondersteuning bijsturen.
- Verhoging van de mobiliteit: personeelsleden die door centralisaties en fusies in overtal zijn, dienen via een actieplan bemiddeling en herscholing te krijgen. Externe mobiliteit naar andere overheidsdiensten/openbare diensten stimuleren. Tijdelijke mobiliteit naar buitenland ondersteunen en stimuleren.
- Loopbaan- en beloningsbeleid: werkgroep opstarten om te bekijken wat er mogelijk is om een nieuw loopbaan- en beloningsbeleid uit te werken. Dit dient echter budgetneutraal te zijn. Salaris van december, opnieuw in december betalen. Het weer invoeren van een prestatietoelage, maar binnen de huidige budgetten van de entiteiten.
- Leeftijdsbewust personeelsbeleid: organiseren van nieuwe initiatieven zoals het geven van meer inspraak voor ervaren/oudere personeelsleden, het invoeren van jobcrafting met jobs op maat voor fysiek en/of mentaal zware beroepen, een betere opleiding van leidinggevenden om samen te werken met ervaren personeelsleden.

Eisenbundel van de vakbonden

- Plaats- en tijdsonafhankelijk werken (PTOW): de personeelsleden dienen over voldoende middelen te beschikken om dit te kunnen doen en voor de mensen die niet aan PTOW kunnen doen, willen we recuperatieverlof invoeren.
- Raad van Beroep: de adviezen van de Raad van Beroep dienen bij gewone meerderheid bindend gemaakt te worden. Daarnaast willen we overschakelen naar een tweejaarlijkse evaluatie voor de personeelsleden die goed functioneren.
- Outsourcing: we zien dat er steeds meer uitbestedingen gebeuren als gevolg van kerntakenplannen en besparingen. Dat moet stoppen. Er dient een concrete kosten-batenanalyse te gebeuren vooraleer men wil uitbesteden. Uitbesteden mag niet duurder zijn en weer insourcen moet steeds kunnen.
- Leeftijdsbewust personeelsbeleid: aangezien we door de pensioenhervorming allemaal langer dienen te werken, moet dit ook haalbaar blijven. Daarom dient het verlof met 5 dagen opgetrokken te worden voor personeelsleden vanaf 55 jaar. Daarnaast dient pleegverlof ingevoerd en dient het onbetaald verlof te worden uitgebreid tot twee jaar. Voor chronisch zieke personeelsleden die niet meer voltijds kunnen werken, dient een regeling uitgewerkt te worden.
- Welzijn: door de personeelsbesparingen komen veel mensen onder druk en stress te staan. Afwezigheden en burn-outs stijgen. Een stevig, weldoordacht burn-outbeleid is dus nodig met concrete maatregelen.
- Personeelsplannen: er moet een stop komen op de personeelsbesparingen. Weer investeren in personeel is echt nodig. De werkgelegenheid van personeel van het niveau C en D moet ook behouden blijven.
- Statutaire werkgelegenheid: de statutaire werkgelegenheid dient centraal te staan. Contractuele personeelsleden moeten de kans krijgen om een statutaire loopbaan uit te bouwen. Daarom is een volgende ronde van generieke proeven nodig. Tevens dient de overheid overgangsexamens te organiseren, zodat ook personeelsleden zonder een bepaald diploma naar een hogere functie kunnen.
- Andere (kwantitatieve) eisen: een algemene baremaverhoging, verhoging van de eindejaarstoelage naar een 13de maand, verhoging maaltijdcheques.

Chris Moortgat