Compenserende toelage wordt volwaardig

Op 3 november werd in het sectorcomité overeengekomen over de uitvoeringsmaatregelen voor de koopkrachtverhoging.

De jaarbedragen in de salarisschalen aan 100% worden verhoogd met 2%. Voor de salarisschalen waarbij 2% verhoging de 50 euro bruto overschrijdt, worden de jaarbedragen verhoogd met 420,11 euro. In beide gevallen wordt er afgerond naar boven tot het eerstvolgende volle tiental. Bijvoorbeeld: 14.120,11 euro wordt 14.130 euro.

De werkgeversbijdrage voor de maaltijdcheques stijgt op 1 september 2008 met 1 euro tot 3,5 euro. De werknemersbijdrage daalt daardoor met 1 euro tot 1,5 euro. Op 1 mei 2009 verhoogt de werkgeversbijdrage verder tot 3,91 euro; de werknemersbijdrage daalt dan verder tot 1,09 euro.
Voor de personeelsleden die binnen hun agentschap een gunstiger maaltijdchequeregeling hebben, wordt een compenserende maatregel uitgewerkt met het oog op een netto koopkrachtverhoging van 296,10 euro per jaar.

Volwaardige toelage

De eerste voorstellen vanuit de overheid waren vormen van cheques (geschenk, sport, cultuur), huwelijkspremie en internetvoordelen. Uiteraard is dit de minst kostelijke keuze voor de werkgever. We hebben ons onmiddellijk verzet tegen die voorstellen. Van bij de aanvang van de discussies ging ACOD voluit voor een volwaardige toelage omdat dit:
- aan het personeelslid de grootste vrijheid geeft over de wijze van aanwenden. Men ontvangt immers cash geld.
- het ideologisch het nauwst aansluit bij de syndicale visie van solidariteit. We verwijzen hier in het bijzonder naar het spijzen van de sociale zekerheid.
Voor acht agentschappen wordt de regeling toegekend en verankerd in het Vlaams personeelsstatuut: De Scheepvaart, het Vlaams Agentschap Internationaal Ondernemen (FIT) met uitzondering van Vlaamse economische vertegenwoordigers en het ondersteunend personeel in het buitenland, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, Syntra Vlaanderen, het Vlaams Agentschap voor Ondernemen, het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, Waterwegen en Zeekanaal. Aangezien zij niet onder het Vlaams personeelsstatuut vallen, zullen IWT en SERV de regeling opnemen in hun eigen personeelsstatuut.
De ACOD heeft haar slag thuisgehaald. Aan de betrokken personeelsleden wordt een toelage uitbetaald – compenserende toelage genoemd – die wordt verankerd in het Vlaams personeelsstatuut.

Berekening bedragen

De personeelsleden van de genoemde agentschappen ontvangen een compenserende toelage, waarvan het maandelijks bedrag als volgt wordt bepaald:

- voor de periode van 1 september 2008 tot 30 april 2009
30,50 euro voor vastbenoemden en 33,50 euro voor contractuelen
- vanaf 1 mei 2009
43 euro voor vastbenoemden en 47,50 voor contractuelen.

Deze bedragen zijn zo berekend dat de betrokken personeelsleden netto minstens hetzelfde overhouden als de personeelsleden die via de maaltijdcheques de koopkrachtverhoging realiseren. Dit wil zeggen 296,10 euro netto op jaarbasis vanaf 1 mei 2009; tussen 1 september 2008 en 30 april 2009 komt het netto overeen met 222,07 euro (3/4'de van 296,1) op jaarbasis.
De vermelde bedragen worden niet geïndexeerd, het zijn dus een soort niet-geïndexeerde brutobedragen. Om tot de nettobedragen te komen, dienen ze eerst te worden verminderd met de RSZ-afhouding. Voor vastbenoemden bedraagt deze afhouding 11,05%; voor de contractuelen is dit 13,07%. Dat is ook de reden waarom de startbedragen verschillen.
Daarna dient de bedrijfsvoorheffing te worden verrekend. Daarbij is uitgegaan van een marginale aanslagvoet van 40%. Het gevolg is dat personeelsleden met een lagere voorheffing (hoe lager het loon, hoe lager de bedrijfsvoorheffing) netto zelfs iets meer overhouden dan de respectieve 222,07 euro en 296,10 euro op jaarbasis.
De personeelsleden krijgen vermoedelijk begin december de eerste uitbetaling. Uiteraard gebeurt de toekenning met terugwerkende kracht van 1 september 2008.

Toelage loopt door bij korte afwezigheden

Deze compenserende toelage is aan dezelfde regels onderworpen als de andere toelagen. Ze wordt maandelijks uitbetaald gelijktijdig met het salaris. Ze wordt ook pro rato berekend: een personeelslid dat bijvoorbeeld halftijds presteert, ontvangt de helft van de compenserende toelage. Men kan stellen dat dit nadeliger is dan een maaltijdcheque, omdat een halve dag prestatie toch een volle maaltijdcheque oplevert. De compenserende toelage blijft echter, zoals andere toelagen, doorlopen bij afwezigheid zolang deze niet langer dan 35 dagen duurt.

Niet iedereen aan het feest

De compenserende toelage wordt enkel toegekend aan de personeelsleden werkzaam in de hiervoor opgesomde agentschappen. Op het eerste gezicht logisch, aangezien in de andere agentschappen wordt gebruikgemaakt van de verhoging van het werkgeversaandeel in de maaltijdcheques. Daardoor vallen de VDAB en het Vlaams Subsidieagentschap niet onder de reeks agentschappen waar de compenserende toelage wordt toegekend.
De personeelsleden van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap die eertijds omwille van de operatie Beter Bestuurlijk Beleid met behoud van hun rechten werden overgedragen aan de VDAB (21 personen) en het Vlaams Subsidieagentschap (11 personen) worden uitgesloten van de compenserende toelage. Volgens de overheid omdat zij de maaltijdcheques van 6 euro, met een werkgeversaandeel van 1,09 euro, toen hebben meegenomen en behouden. Het gevolg daarvan is dat voor deze personeelsleden de koopkrachtverhoging in uitvoering van het sectoraal akkoord beperkt blijft tot de 2% salarisverhoging. ACOD en VSOA hebben hiertegen geprotesteerd en daarover hun niet-akkoord in het protocol doen opnemen.