
College van ambtenaren-generaal steunt liquidatie diensten en personeel
Nieuws woensdag 2 mei 2012
In de vorige Tribune maakten we een inventaris op van wat de Vlaamse regering sinds haar aantreden in 2009 al bespaarde op de eigen diensten en personeelsleden. Vorig jaar besliste men bijkomend nog 50 miljoen euro op de personeelskredieten te besparen met parallel daaraan een inkrimping van 5 procent van het aantal personeelsleden. In februari werd dit opgetrokken naar 60 miljoen euro en 6 procent. Op 29 maart meldde het College van Ambtenaren-Generaal (CAG) dat men deze regeringsbeslissingen braaf zal uitvoeren. Een 'loyale' CAG dus.
In een snelinfo staat dat het CAG enkele afspraken maakte over een plan van aanpak, namelijk:
- wat de bijdrage is van elk beleidsdomein aan de besparing van 60 miljoen in de personeelsgerelateerde kredieten.
- dat de managementcomités het globale bedrag per beleidsdomein intern tussen de organisaties kunnen herverdelen.
- wat het groeipad van de besparing is in de jaren 2012-2013-2014.
Besparingsplan
Intussen hebben we dat plan van aanpak kunnen inkijken. Via een ingewikkeld systeem werd vastgelegd welk deel van de 60 miljoen euro elke entiteit zal ophoesten. We proberen de grote lijnen en het resultaat daarvan duidelijk te maken.
Voor de ventilatie van de 60 miljoen euro over de departementen en agentschappen werd uitgegaan van de begrotingsopmaak 2012. Men berekent welk deel elke entiteit apart vertegenwoordigd in de totale begrotingsopmaak 2012 van alle entiteiten samen. Elke entiteit is dan verantwoordelijk voor een overeenkomstig percentage in het totale besparingsbedrag.
Op het resultaat van die berekening wordt een correctie toegepast, de 'solidarisering'. Daarvoor worden de entiteiten in twee groepen verdeeld:
- groep 1 zijn de entiteiten die al op 31 december 2011 hun aantal personeelsleden met 6 procent of meer hebben afgebouwd ten opzichte van 2009.
- groep 2 zijn de entiteiten die op die datum die afbouw nog niet realiseerden.
Het 'solidariseren' houdt in dat er rekening wordt gehouden met de budgettaire impact van de nog te realiseren afbouw van het aantal personeelsleden.
Ten slotte stelt het CAG aan de Vlaamse regering een tijds- of groeipad voor tussen 2012 en 2014: 20 miljoen vanaf 2012, 40 miljoen vanaf 2013 en 60 miljoen vanaf 2014.
De tabel hierbij geeft het door het CAG voorgestelde besparingsplan weer per beleidsdomein. Binnen een beleidsdomein kunnen de besparingen worden herverdeeld volgens het CAG.
Beleidsdomeinen |
Inlevering |
||
2012 |
2013 |
2014 |
|
Diensten Algemeen Regeringsbeleid |
578.000 |
1.156.000 |
1.726.000 |
Bestuurszaken |
983.000 |
1.950.000 |
2.932.000 |
Financiën en Begroting |
480.000 |
968.000 |
1.444.000 |
Internationaal Vlaanderen |
531.000 |
1.062.000 |
1.585.000 |
Economie, Wetenschap en Innovatie |
994.000 |
1.987.000 |
2.965.000 |
Onderwijs en Vorming |
694.000 |
1.388.000 |
2.071.000 |
Welzijn, Volksgezondheid en Gezin |
804.000 |
1.608.000 |
2.400.000 |
Cultuur, Jeugd, Sport en Media |
769.000 |
1.538.000 |
2.298.000 |
Werk en Sociale Economie |
3.761.000 |
7.522.000 |
11.225.000 |
Landbouw en Visserij |
523.000 |
1.045.000 |
1.560.000 |
Leefmilieu, Natuur en Energie |
2.302.000 |
4.604.000 |
7.182.000 |
Mobiliteit en Openbare Werken |
6.646.000 |
13.293.000 |
19.836.000 |
Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend erfgoed |
708.000 |
1.416.000 |
2.113.000 |
GO! |
223.000 |
446.000 |
665.000 |
Totaal |
20.000.000 |
39.998.000 |
59.999.000 |
Het verschil van 2000 euro aan het einde van 2013 en 1000 euro aan het einde van 2014 is wellicht een gevolg van de afronding op de duizendtallen.
De inleveringen worden gerealiseerd op drie posten van de uitgavenbegroting:
- code 11 lonen en sociale lasten
- code 12 aankoop van niet-duurzame goederen en diensten
- code 74 verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen.
Onze bedenkingen
Een eerste conclusie is een bevestiging van de mentaliteit binnen het CAG: men gaat plat op de buik voor de Vlaamse regering. In het document is geen spoor van een kritische noot terug te vinden en niets over de gevolgen voor de diensten en de personeelsleden.
De suggestie van het tijdspad verzacht in het begin de pil, maar uiteindelijk is dit enkel uitstel van executie.
Dat de besparingen over drie uitgavenposten kunnen worden verdeeld, kan misschien de last op de personeelskredieten verzachten. Of dit wel of niet gebeurt, hangt af van wat elke ambtenaar-generaal zelf beslist binnen de entiteit. De personeelsaantallen moeten hoe dan ook met 6 procent worden verminderd, waardoor automatisch de personeelskredieten naar omlaag gaan.
Met het ingewikkelde solidariseringsmechanisme wil men blijkbaar de entiteiten die nog niet de 6 procent afbouw van hun aantal personeelsleden hebben gerealiseerd, budgettair aanmoedigen om dat te behalen tegen 2014. Werkgevers aanmoedigen om hun personeelsbestand af te bouwen, is een rare sociale solidariteit.
Besluit
De Vlaamse regering blijft de hakbijl promoten en het CAG blijft daar gretig op ingaan. Aan de top wordt er echter niet op koppen bespaard, integendeel. Vergelijk maar eens het aantal leidend ambtenaren voor en na de invoering van Beter Bestuurlijk Beleid.
Het modale personeelslid betaalt het gelag: met minder mensen en minder middelen meer presteren. Wat is de zin van een eindeloopbaandebat als er daarvoor te weinig personeel is? Welk nut heeft een discussie over EVC’s als de door de besparingen vertrekkende personeelsleden niet kunnen worden vervangen? Hoe denkt men het recht op verlof – denk aan het opnemen van opgespaarde dagen – te vrijwaren? Hoe met te weinig personeel overuren afbouwen? Niet verwonderlijk dus dat via die andere instantie van leidend ambtenaren, het SOPO, men voorstelt om de regels van de raad van beroep te wijzigen. En tot slot: hoe blijven onder die omstandigheden de afgesloten sectorale akkoorden uitvoerbaar? Is dat dan geen woordbreuk?
Het is hoog tijd dat de drie representatieve vakbonden de koppen bij elkaar steken. 2008 is al vier jaar geleden en het sociale omgevingsklimaat is nu anders. Dat betekent echter niet dat een aan de tijd aangepaste herhaling niet opnieuw zou kunnen slagen.
Hilaire Berckmans