Zoals ieder jaar wordt in de tweede helft van de maand december aan alle onderwijspersoneelsleden een eindejaarstoelage uitgekeerd. Dit jaar zal dit gebeuren op 22 december 2017.

Deze eindejaarstoelage is samengesteld uit een forfaitair gedeelte en een veranderlijk gedeelte. Het forfaitair deel bedraagt dit jaar 604,23 euro. Het veranderlijk deel is nog altijd gelijk aan 2,5 procent van de geïndexeerde jaarlijkse brutobezoldiging (referentie: salaris oktober 2017). Bovendien krijgen de vastbenoemden een compensatie voor het bedrag dat ze op hun vakantiegeld ingeleverd hebben.

Compensatie voor vastbenoemden

Het raamakkoord (2013) dat de begroting in evenwicht moest brengen, voorzag voor de onderwijssector een besparing van 82 miljoen euro zonder dat de personeelsleden koopkrachtverlies zouden lijden. Dit werd mogelijk gemaakt door de berekeningsbasis van het vakantiegeld van de vastbenoemde personeelsleden te verminderen van 92 procent van het brutosalaris tot 70,26 procent.
Deze vastbenoemde personeelsleden ontvangen het verschil tussen die 92 procent en 70,26 procent evenwel telkens bij de uitbetaling van de eindejaarstoelage later op het jaar. Dit verschil wordt vermenigvuldigd met 1,0368. Op het vakantiegeld wordt immers geen sociale bijdrage betaald, op de eindejaarstoelage wel. Deze laatste bewerking moet dit verlies goedmaken.

Referteperiode

De referteperiode voor de berekening van de eindejaarstoelage van tijdelijke personeelsleden is het schooljaar 2016-2017. Voor de vastbenoemde personeelsleden loopt de referteperiode van 1 januari 2017 tot 30 september 2017. Personeelsleden die gedurende de gehele referteperiode een volledige opdracht uitoefenden, hebben recht op een volledige eindejaarstoelage. Personeelsleden die slechts gedurende een deel van de referteperiode volledige prestaties verrichtten of gedurende de volledige referteperiode onvolledige prestaties verrichtten, ontvangen een eindejaarstoelage in verhouding tot de prestaties.
Ziekteverlof of bevallingsverlof tijdens de referteperiode hebben geen invloed op het bedrag. Personeelsleden die genieten van een terbeschikkingstelling voorafgaand aan het rustpensioen, hebben ook recht op een eindejaarstoelage. In hun geval is het veranderlijk gedeelte gelijk aan 2,5 procent van het geïndexeerde jaarlijks wachtgeld dat zij in oktober 2017 ontvingen.

Inhoudingen

Op de bruto-eindejaarstoelage van tijdelijke personeelsleden wordt 13,07 procent RSZ ingehouden. Voor de vastbenoemde personeelsleden wordt de bruto-eindejaarstoelage verminderd met een inhouding VGZ. Daarnaast wordt bij alle personeelsleden ook de bedrijfsvoorheffing voor exceptionele vergoedingen toegepast.

Enkele voorbeelden

Voorbeeld 1: een leraar SO (salarisschaal 501 met 5 jaar geldelijke anciënniteit) was gedurende het schooljaar 2016-2017 tijdelijk aangesteld voor een opdracht van 16/20 van 3 september 2016 tot 6 januari 2017 en voor een opdracht van 20/20 van 7 januari 2017 tot 30 juni 2017. Aangezien de betrokkene tijdens de referteperiode niet constant hetzelfde volume heeft gepresteerd, wordt de eindejaarstoelage berekend aan de hand van deze twee verschillende opdrachten:

■ Het gedeelte dat betrekking heeft op de periode van 3 september 2016 tot 6 januari 2017 is gelijk aan [604,23 + ( 2,5% x 25.152,63 x 1,6734)] x 126/300 x 16/20 = 560,64 euro.
■ Het gedeelte dat betrekking heeft op de periode van 7 januari 2017 tot 30 juni 2017 is gelijk aan [604,23 + (2,5% x 25152,63 x 1,6734)] x 174/300 x 20/20 = 1004,49 euro.
■ De totale bruto-eindejaarstoelage bedraagt 1565,13 euro. Van dit bedrag worden de RSZ-bijdrage (13,07 procent of 195,85 euro) en de bedrijfsvoorheffing afgehouden.

Voorbeeld 2: een vastbenoemd kleuteronderwijzer (salarisschaal 141 met 27 jaar geldelijke anciënniteit) is titularis van een volledige betrekking. De eindejaarstoelage is gelijk aan [604,23 + (2,5% x 30.212,35 x 1,6734)] x 9/9= 1880,24 euro. Bij dit bedrag wordt nog het berekende verschil tussen 92 procent en 70,26 procent van het vakantiegeld 2017 toegevoegd (880,35 euro). Dit bedrag wordt nog vermenigvuldigd met 1,0368 (880,35 x 1,0368= 912,75 euro). Dit resulteert in een bruto-eindejaarstoelage van 1880,24 + 912,75 = 2793,00 euro. De netto-eindejaarstoelage wordt verkregen door dit bedrag te verminderen met de verschuldigde VGZ-afhouding en de bedrijfsvoorheffing.

Gepensioneerde personeelsleden

Gepensioneerden hebben geen recht op een eindejaarstoelage. Enkel wie recent gepensioneerd werd en prestaties geleverd heeft in de referteperiode, krijgt een eindejaarstoelage. Gepensioneerden die in 2017 nog vakantiegeld hebben ontvangen en dus ook getroffen zijn door de besparingsmaatregel van het raamakkoord (92 procent minus 70,26 procent), krijgen een compensatie analoog met de vastbenoemden.

raf.deweerdt@acod.be