Interview met Jo Coulier, nieuwe voorzitter ACOD Onderwijs: “We moeten proactiever te werk gaan”

Nieuws donderdag 2 juni 2016


Op 4 mei werd Jo Coulier (50 jaar) verkozen tot voorzitter van ACOD Onderwijs. Hij volgt Yvette Bambust op. Wie is Jo Coulier en waar wil hij naartoe met ACOD Onderwijs? We vroegen het hem.

Al in 1980 liep de syndicale loopbaan van Jo Coulier van stapel, toen hij zich aansloot bij de ABVV-jongeren. Een jaar later werd hij echt actief in de aanloop naar de eerste Jongerenmars voor Werk (1982). Dat vormde ook de start van zijn engagement als scholier. Hoe liep het verder?

Jo Coulier: “In 1984 ben ik aan de VUB gaan studeren. De werking van de ABVV-jongeren stond op een laag pitje, zodat ik in die periode niet echt syndicaal actief was. Ik heb me wel geëngageerd bij de Actief Linkse Studenten en bij de Jongsocialisten, en zat in de studentencomités die de acties organiseerden tegen de verhoging van de inschrijvingsgelden en de besparingen van het Sint-Annaplan. In 1989 werd ik licentiaat geschiedenis en begon ik aan de lerarenopleiding. Ik werd toen lid van ACOD Onderwijs. Tussendoor deed ik mijn burgerdienst in de Nationale Plantentuin in Meise. In 1991 ben ik actief geworden binnen ACOD Onderwijs en ben afgevaardigde geworden van onze sector in de Commissie Racisme van ABVV Oost-Vlaanderen.”

Hoe is je syndicale loopbaan aan de VUB begonnen?

Jo Coulier: “Twee jaar na mijn burgerdienst ben ik aan de VUB gaan werken als administratief medewerker. Geen jaar later was ik actief in de vakbondskern van de VUB. Mijn eerste sociale verkiezingen vonden plaats in 1995. In die tijd zat ACOD aan de VUB aan de grond, onder meer door persoonlijke conflicten en door meningsverschillen, waardoor een groep actieve leden zich bij BBTK – de bediendencentrale van het ABVV – had aangesloten. Er waren dus twee rivaliserende ABVV-fracties aan de VUB.”

Zoiets lijkt me dodelijk voor de werking van de vakbond en schadelijk voor de belangen van het personeel?

Jo Coulier: “Inderdaad. Bij de sociale verkiezingen in 2000 hebben we de twee groepen weer samengebracht en ben ik hoofddelegee geworden. Tegen de sociale verkiezingen van 2004 zat iedereen weer samen in één ACOD-fractie. Bij ons zit trouwens iedereen bij ACOD Onderwijs, van cafetariahulp tot professor. Ons ledenaantal is nu drie keer zo groot als op ons dieptepunt begin jaren negentig, wat toch iets zegt over onze werking.”

Welk syndicaal mandaat heb je nu aan de VUB?

Jo Coulier: “Ik ben hoofdafgevaardigde. Sinds iets meer dan drie jaar ben ik volledig vrijgesteld. Ik ben ook secretaris van de ondernemingsraad en lid van het comité voor preventie en bescherming op het werk.”

Hoeveel zetels heeft ABVV/ACOD aan de VUB?

Jo Coulier: “Momenteel hebben we 10 van de 14 zetels in de ondernemingsraad en 9 van de 12 in het comité voor preventie en bescherming op het werk. Bij deze verkiezingen doet ook het ACV mee. Voor hen is het de eerste keer aan de VUB, net zoals wij voor de eerste keer deelnemen aan de KU Leuven.”

Jullie bereiden die sociale verkiezingen blijkbaar grondig voor. Als ik jullie website en folders zie, moet ik jullie gelukwensen.

Jo Coulier: “De sociale verkiezingen zijn een inspanning, maar ook een opportuniteit. Werknemers worden geconfronteerd met het bestaan van de vakbonden aan hun universiteit. Daarom pakken wij uit met een inhoudelijke programmabrochure. Bovendien geven de verkiezingen ons legitimiteit. Voor de universiteiten bestaat weinig centrale regelgeving, wij moeten bijna alles lokaal onderhandelen. Wij hebben dus een sterke uitgangspositie nodig. Nu hebben wij 75 procent van de mandaten, wat ons nog sterker maakt. De werkgever kan moeilijk om ons heen. Met onze heterogene lijst – bedienden, professoren,… – hebben we ook komaf gemaakt met het cliché van de vakbond als organisatie voor laaggeschoolden.”

En nu word je voorzitter van ACOD Onderwijs. Is dat voor jou een louter ceremoniële functie of ga je mee de koers bepalen?

Jo Coulier: “Ik heb mijn kandidatuur gesteld omdat ik een inhoudelijke inbreng wil en kan hebben. Vooral het hoger onderwijs ken ik zeer goed. Ik ben al 25 jaar actief in onze vakbond. Bovendien ben ik ook houder van een master in Social Laws (sociaal recht). Ik zie mezelf vooral als onderdeel van een team dat verschillende personaliteiten met eigen expertise omvat. Dat is trouwens ook onze sterkte aan de VUB.”

Welke koers wil je de volgende vier jaar varen?

Jo Coulier: “Ik ben vaak gefrustreerd door onze afwachtende houding. We moeten proactiever te werk gaan. Aan de VUB werken wij vooraf standpunten uit. Daarmee gaan we dan overal lobbyen. Dat moet ook bij ACOD Onderwijs gebeuren. We moeten zelf naar parlementsleden, de media en het personeel stappen. Nu wachten we vaak af tot de overheid met een voorstel komt en dan is het voor onze ideeën meestal al te laat. De werkgevers zijn proactiever, zij ontwikkelen ideeën en stappen ermee naar de politiek en de media. Wij moeten ook zo efficiënt worden.”

Is dat haalbaar?

Jo Coulier: “Het is inderdaad veel werk, maar als we enkel hadden gedaan wat gemakkelijk is, dan hadden we aan de VUB ook niet zoveel gerealiseerd. Eén voorbeeld: de gelijkberechtiging van de statutairen en de contractuelen aan de VUB is bijna volledig gerealiseerd enkel en alleen door het volharden van ACOD Onderwijs. In de voorbije 20 jaar hoorden we nochtans regelmatig van de VUB-directie dat dit onbetaalbaar was.”


De sociale verkiezingen aan de VUB zijn inmiddels achter de rug. Voor de ACOD waren ze een succes. In de Ondernemingsraad hebben we momenteel 12 van de 17 zitjes, 2 meer dan vier jaar geleden. In het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk hebben we 9 van de 13 mandaten, evenveel als de vorige verkiezingen. Een bewijs van goede werking van ACOD-ABVV aan de VUB!