“De vrije markt mag niet onaantastbaar zijn”

 


September is traditioneel een dure maand voor de gezinnen. Dit jaar worden ze niet enkel geconfronteerd met de klassieke meeruitgaven voor schoolmateriaal, maar zien ze ook de bedragen op hun andere facturen verveelvoudigen.


Chris Reniers: “De herfst en de winter staan voor de deur, dus het wordt kouder en donkerder. Dat betekent dat de gezinnen hun verwarming opnieuw moeten aanzetten en de verlichting ook langer laten branden. Meer nog dan vorige winter zal zich dat dit jaar hard laten voelen want de energieprijzen zijn momenteel buiten alle proportie. Hun meerkost komt dus nog eens boven op de meerkosten die de gezinnen hebben voor de aankoop van al hun andere basisbehoeften. En inderdaad, je kan niet ontkennen dat energie een basisbehoefte is. Iedereen zou het recht moeten hebben op gegarandeerd betaalbaar gas, elektriciteit, mazout en andere brandstoffen voor verwarming, verlichting en dagelijkse voorzieningen.”


Is het dan niet vreemd dat die basisbehoeften geen openbaar goed zijn, maar deel uitmaken van de vrije markt?


Chris Reniers: “Uiteraard moeten we ons daar ernstige vragen bij stellen. In 2007 liberaliseerde men de Belgische energiesector. Meer concurrentie zou de prijzen laten zakken. Ik weet niet wie daar iets van gemerkt heeft, want die prijzen zijn niet gezakt, integendeel. De ‘vrije’ energiemarkt wordt voortdurend beïnvloed door gebeurtenissen van buitenaf: oorlogen, incidenten in olie en gas producerende landen, virussen… Die veroorzaken met de regelmaat van de klok prijsschommelingen en vooral prijsstijgingen. Voor de energiebedrijven is dat doorgaans goed nieuws: zij boeken immers buitensporige winsten. De voorbije jaren boerden ze al bijzonder goed en sluisden ze hun winsten door naar de aandeelhouders. Dit jaar doen ze het nog veel beter. Reserves aanleggen voor crisistijden, kwam blijkbaar nooit op in hun gedachten.”


Nu er een energiecrisis heerst, kijken de energiebedrijven naar de overheden om de problemen op te lossen.


Chris Reniers: “Deze houding staat toch haaks op het vrijemarktprincipe? Wanneer de zaken goed gaat moet de overheid zich zo min mogelijk met de markt bemoeien, maar wanneer een crisis uitbreekt, zijn ze de eersten om te pleiten voor overheidsingrijpen, via subsidies en andere middelen. Zelf een deel van de rekening betalen, daar doen ze niet aan mee.
Het is dus tijd om te kijken of we bepaalde basisbehoeften, zoals energie, niet opnieuw uit de vrije markt moeten halen. Het vrijemarktprincipe mag niet onaantastbaar zijn. We moeten bepalen waar we de overheid toelaten correcties door te voeren ten bate van de gezinnen. Niet enkel in tijden van crisis, maar ook in voorspoedige tijden, zodat we ons kunnen wapenen voor eventuele crisissen.”


Wat vond je van de opmerking van Jean-Jacques Delmée, ceo van bedrijf Eneco, die burgers de raad gaf op tijd aan te kloppen bij het OCMW indien ze hun energiefactuur te hoog oploopt?


Chris Reniers: “Die opmerking is bijzonder laakbaar, op het perverse af zelfs. Modale tweeverdieners zouden met hun inkomen hun basisbehoeften moeten kunnen betalen, zonder te moeten aankloppen bij het OCMW. Een beroep doen op het OCMW is een beroep doen op de solidariteit van je medeburgers. Dit is dus een bijzonder cynische raad om te geven wanneer je eigen bedrijf kolossale winsten boekt en die afdraagt aan de aandeelhouders in plaats van solidair bij te dragen aan een oplossing voor de hoge energiefacturen. Hoe wereldvreemd kan je zijn?”


Het ABVV en de ACOD blijven intussen niet bij de pakken zitten. Met acties en bewustmakingscampagnes voeren ze de druk op om de koopkracht- en energieproblemen van de burgers op te lossen.


Chris Reniers: “Op zich is de oplossing eenvoudig: wie nu veel geld verdient als gevolg van de energiecrisis, moet bijdragen om de noden van de burgers te lenigen. Los daarvan is het van cruciaal belang dat we blijven inzetten op sterke openbare diensten. Een goed uitgebouwd openbaar vervoer is het antwoord op de dure diesel- en benzineprijzen. Gratis onderwijs met aandacht voor de noden van elk kind is het antwoord op sociale ongelijkheid. Deze en de andere openbare diensten vormen zo de eerste bescherming van de koopkracht van alle burgers. Er kan dus geen sprake zijn van verdere besparingen op de openbare diensten, niet op personeel en niet op de structurele financiering.
Daarom zullen we dit najaar samen met het ABVV actie voeren om op te komen voor de gemeenschappelijke en individuele belangen van werknemers, uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden. Zij moeten immers ongeschonden, warm en veilig de winter kunnen doorkomen.”