Gevangeniswezen: opletten voor oude wijn in nieuwe zakken

 


Vincent Van Quickenborne is intussen iets meer dan vier maanden in functie als minister van Justitie. Een geschikt moment om een eerste keer een balans te maken van hoe het nieuwe kabinet omgaat met de erfenis van Koen Geens en de uitdaging van de coronapandemie in de gevangenissen.


Bij een eerste kennismaking Eva De Koninck, adviseur van vice-eersteminister en minister van Justitie Van Quickenborne, die het hoger overlegcomité en het sectorcomité III voorzit, signaleerden wij dat de ACOD, gezien onze ervaringen met het vorige kabinet, weinig tot geen reden zag om vertrouwen te hebben in de politieke overheid bij Justitie. Volgens ons ontbreekt het de top van DG EPi aan gezonde communicatie.
We drukten haar daarom op het hart het sociaal overleg een nieuwe en dynamische boost te geven en erop toe te zien dat DG EPi op tijd en stond overlegt met respect voor het personeel, vertegenwoordigd door de sociale partners.

De coronapandemie heeft sindsdien jammer genoeg ook verder een stempel gedrukt op de wijze waarop het sociaal overleg georganiseerd wordt en het gevolg is dat er voornamelijk via video overlegd wordt. Technische storingen in beeld en geluid, gebrek aan vertaling…: het veroorzaakt moeizame en daardoor soms frustrerende gesprekken over problemen (personeelstekort, overbevolking, corona…) die met het vertrek van Koen Geens niet plots verdwenen zijn.


Kledijproblematiek


Een van de zaken waarover we van bij het begin gezegd hadden dat we ze niet blauwblauw zouden laten, was de kledij van het personeel. De achterstand van om en bij de 2 miljoen euro over een periode van ongeveer 10 jaar is het beste argument om de manier van werken drastisch te veranderen.

Hierover valt nu al te zeggen dat het kabinet Van Quickenborne bereid is hieraan gevolg te geven en de zaken aan te pakken zoals wij dat kort voor de zomer aan het kabinet Geens hadden voorgesteld. Er hebben al enkele werkgroepen plaatsgevonden en de minister heeft zich in de pers al een pluim op de hoed gestoken. We hebben er goede hoop op dat 2020 het laatste jaar was dat eindigde met het invullen van een kledijstaat.


Coronapremie


We hadden het kabinet Van Quickenborne aangegeven dat we een blijk van waardering en aanmoediging voor het personeel verwachten onder de vorm van een coronapremie. Het personeel in de gevangenissen is elke dag essentieel, dat is eens te meer gebleken tijdens corona, dus die vraag was zeker gerechtvaardigd.

Hoewel het kabinet in eerste instantie iets wilde toekennen aan (helaas enkel) het medisch personeel, kwam het daar tijdens het eerste hoger overlegcomité van 2021 op terug. Men verwees naar het KB ‘Toelagen en vergoedingen’, dat deze vorm van premie niet toelaat en stelde voor dat dit onderwerp op het comité A en/of B zou geagendeerd worden. Beide comités zijn echter niet bevoegd. Dit soort pingpong riep toch wel wrange herinneringen op aan de periode Geens. Het is dus verre van een goede eerste stap in het herstellen van het vertrouwen in de overheid.


Wat met de ‘warme’ en ‘koude’ bewaking?


De minister had in zijn beleidsnota voor het parlement verwezen naar het principe van ‘warme’ en ‘koude’ bewaking, iets dat actueel is sinds de publicatie van de wet op het penitentiair statuut. Wij zijn slechts koele minnaars wanneer een functiedifferentiatie (zo heet dat beestje officieel) een aantasting zou betekenen van het statutair aanwerven en een negatieve impact zou hebben op het inkomen van de personeelsleden. Het kabinet zegde dat het hierover met de sociale partners wil debatteren in werkgroepen. Wij zullen aanwezig zijn in functie van de rechten van het personeel en het verkrijgen van meer duidelijkheid over de intenties van de minister.


Stakingsdreiging om tot overleg te komen


Intussen hebben we enkele stakingsaanzeggingen achter de rug, telkens om tot overleg te komen over zaken waarvan de overheid van mening is dat die louter ‘regime van gedetineerden’ zijn en dus niet overlegd moeten worden met het personeel. Wanneer ‘regime van gedetineerden’ echter gelinkt is aan arbeidsveiligheid vinden wij het normaal dat daarover van gedachten gewisseld kan worden, met voldoende tijd om onze leden te raadplegen. Daarover bereikten we na overleg een principeakkoord met het kabinet, zodat personeelsleden niet om de haverklap en nodeloos stakingsintenties moeten kenbaar maken.

Minister van Quickenborne heeft ten gevolge de moeizame regeringsvorming geen volledige legislatuur om een beleid op poten te zetten. Het is om die reden opletten geblazen voor de koekoeksjongen die zijn voorganger Koen Geens bij DG EPi achtergelaten heeft. Die zouden de huidige minister ringeloren, waardoor er in essentie niets wijzigt en er slechts sprake kan zijn van oude wijn in nieuwe zakken bij Justitie. ACOD Overheidsdiensten blijft op haar hoede!

 

Robby De Kaey