Groeipakket: nog een maand om het welvaartsvast te maken?

 


Op 7 september kregen Vlaamse gezinnen voor de laatste keer het groeipakket 2022-2023 op de rekening. Sinds de overname door Vlaanderen in 2019 is de kinderbijslag niet meer gekoppeld aan de inflatie, maar stijgt het bedrag elk jaar in oktober met 2 procent. Het Vlaams ABVV pleit ervoor het groeipakket opnieuw welvaartsvast te maken en dat in wetgeving te verankeren.


“De inflatie is 10,3 procent maar heeft geen impact op het huidige groeipad. Vlaamse gezinnen lopen zo dit jaar 170 euro mis”, zegt algemeen secretaris Vlaams ABVV Caroline Copers. “De boekentas én de boeken die gezinnen zich in deze periode aanschaffen trekken zich daar helaas weinig van aan.”


2 of 10,3 procent


De Vlaamse overheid stort het maandelijkse groeipakket op de rekening van 900.000 gezinnen voor iets minder dan 1,7 miljoen kinderen. Een welkome en ook vaak noodzakelijke aanvulling op het gezinsbudget die sinds 2019 als Vlaams groeipakket door het leven gaat, inclusief een set nieuwe bedragen en regels ingevoerd door de regering Bourgeois.

Een van de afspraken is de jaarlijkse verhoging van het basisbedrag met 2 procent, telkens in september met uitbetaling in oktober. Dat leek een goede zaak bij invoering, toen de inflatie onder de 2 procent zakte, maar blijkt op termijn toch een verschil te maken voor gezinnen. Als het basisbedrag van bij de start welvaartsvast was gemaakt, zouden gezinnen vandaag per kind 12,64 euro per maand meer krijgen of 151,68 euro op jaarbasis. Kijken we enkel naar de laatste indexsprong (+10,3% i.p.v. +2%), dan bedraagt het verschil 14,38 euro of 172,56 euro op jaarbasis. Bovendien bleek tijdens een besparingsronde in 2022 dat er aan de politieke afspraak gemorreld kan worden. Even zakte het groeipad naar 1 procent en was er een regeringscrisis nodig om dat weer op te trekken.


Het geld is er


Voor het Vlaams ABVV is dit politiek knoeiwerk met impact op de koopkracht van gezinnen. “Op de vijf jaar dat het groeipakket bestaat is de jaarinflatie twee keer onder de 2 procent gedoken en zat zij er drie keer boven”, duidt Caroline Copers. “Natuurlijk hebben we geen glazen bol om te zien hoe het met de toekomst gesteld is, maar als deze trend zich doorzet betekent dit dat gezinnen door de stijgende levensduurte jaar na jaar minder kopen met de kinderbijslag.”

Ter vergelijking de groei van 2 procent van het basisbedrag (160 euro) naast de inflatiecijfers:
- in 2019: 163,20 euro (2%) versus 163,68 euro (inflatie 2018: 2,3%)

- in 2020: 166,46 euro (2%) versus 165,64 euro (inflatie 2019: 1,2%)
- in 2021: 169,8 euro (2%) versus 166,30 euro (inflatie 2020: 0,4%)
- in 2022: 173,20 euro (2%) versus 171,62 euro (inflatie 2021: 3,2%)
- in 2023: 176,66 euro (2%) versus 189,30 euro (inflatie 2022: 10,3%).

Het Vlaams ABVV pleit er daarom voor het groeipakket opnieuw welvaartsvast te maken en deze regeling in wetgeving te verankeren. Het geld is er, want het budget dat Vlaanderen krijgt van de federale overheid om uit te geven aan het kindergeld stijgt wel met de inflatie. In 2022 bleef daardoor al zo’n 200 miljoen euro hangen bij de Vlaamse regering, een bedrag dat niet naar de gezinnen ging. In 2024 zou dit ‘restbedrag’ zelfs verdubbelen naar 400 miljoen.

“We beseffen dat zo’n aanpassing er niet op een-twee-drie ligt”, aldus nog Caroline Copers. “Maar het is ook een kwestie van politieke wil. De regering Jambon kan zich alvast in de septemberverklaring engageren de levensduurte te volgen. Daarna hoort het thuis in de verkiezingsprogramma’s. En is het aan de volgende regering om de noodzakelijke aanpassing te doen.”

 

Bron: Vlaams ABVV