Politie




Vraag en antwoord


Wat zijn de huidige pensioenleeftijden 'nieuw statuut' bij de politie?
De basisregel voor de personeelsleden van het operationeel kader is in principe 65 jaar, maar vervroegde pensionering is mogelijk voor het officierskader op 60 jaar en voor het basiskader, middenkader en kader van hulpagenten op 58 jaar.

Als overgangsmaatregel is de gevrijwaarde pensioenleeftijd voor ex-rijkswachters van het officierskader:

- 54 jaar voor hen ingeschaald op 1 april 2001 in O1, O2, O3, O4 of O4 bis
- 56 jaar voor ingeschaalden na 1 april 2001 in O1, O2, O3, O4, O4bis
- 56 jaar voor hen bezoldigd in O5 of O6
- 58 jaar voor bezoldigden in O7.

Voor het basiskader en middenkader is dit 56 jaar.

Opgelet: voor personeelsleden van het officierskader, ingeschaald vanaf 1 april 2001 in O2, die de graad hadden van adjudant of adjudant-chef bij de rijkswacht geldt de leeftijd van 56 jaar.


Wat is de pensioenleeftijd voor de personeelsleden ingeschaald in M6, M7 en M7bis, die overgaan naar het officierskader via sociale promotie of op aanvraag?
De personeelsleden die op 1 april 2001 zijn ingeschaald in M6 of M7bis, maakten deel uit van de vroegere gemeentepolitie en de vroegere gerechtelijke politie. Er werd voor hun pensioenleeftijd in geen enkele vrijwaringsmaatregel voorzien. Het nieuwe statuut vrijwaarde immers enkel wat reeds voorzien was in het oude statuut. Daarom is de pensioenleeftijd voor deze personeelsleden die na 1 april 2001 overgingen naar het officierskader vastgesteld op 60 jaar. Dit principe is eveneens van toepassing op de personeelsleden die op 1 april 2001 zijn ingeschaald in M6 en die overgaan naar de loonschaal M7 in het raam van de baremische loopbaan, alvorens over te gaan naar het officierskader via sociale promotie of op aanvraag.

De adjudanten en adjudant-chefs bij de rijkswacht die geen brigadecommandanten waren, werden op 1 april 2001 ingeschaald in M7. Hun pensioenleeftijd was in het oude statuut vastgesteld op 56 jaar. Deze pensioenleeftijd is gevrijwaard, zelfs in het geval van overgang naar het officierskader via sociale promotie of op aanvraag.


Wat is de pensioenleeftijd voor de personeelsleden ingeschaald in O2, die voordien adjudanten of adjudant-chefs en brigadecommandanten waren?
Deze personeelsleden hebben een gevrijwaarde pensioenleeftijd van 56 jaar, behalve wanneer ze nadien overgaan naar de graad van hoofdcommissaris. In dat geval zal hun pensioenleeftijd slechts stijgen wanneer zij overgaan naar de loonschalen O7 en O8.


Wat is de precieze ingangsdatum van het pensioen?
Bij de toepassing van de basisregel gaat de opruststelling in op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de leeftijdsgrens bereikt werd. Wanneer de activiteiten later worden stopgezet, is dit op de eerste dag van de maand die volgt op die stopzetting.

Bij de toepassing van de overgangsmaatregel gaat de opruststelling in op de eerste dag van het trimester dat volgt op het trimester waarin de leeftijdgrens bereikt werd of, wanneer de activiteiten later worden stopgezet, op de eerste dag van de maand die volgt op die stopzetting.


Wordt voor de berekening van het pensioenbedrag rekening gehouden met de gevrijwaarde wedde?
De wedde die als grondslag dient voor de berekening van het pensioen, is de gemiddelde wedde van de laatste vijf jaar van de loopbaan, berekend volgens de loonschalen die van kracht zijn op de ingangsdatum van het pensioen. Voor de berekening van de gemiddelde wedde wordt rekening gehouden met de wedde die het personeelslid effectief ontving. Bijvoorbeeld: voor de personeelsleden bevorderd tot de graad van commissaris in het raam van de rode loper, ingeschaald in de loonschaal O2, maar effectief uitbetaald op basis van de vrijwaringsclausule M7/M7bis, wordt voor de berekening van het pensioenbedrag rekening gehouden met de volgens de loonschaal M7/M7bis effectief uitbetaalde wedde en dus niet met de lagere wedde die ze op basis van de inschaling in de loonschaal O2 zouden ontvangen.