Rechtspositieregling lokale en regionale besturen
Acties tegen huidige voorstellen
‘Rechtspositieregeling = einde statuut’. Met deze slogan werd op 19 april actie gevoerd in het Oost-Vlaamse Sint-Laureins. De ACOD en het VSOA aanvaarden de voorstellen van de Vlaamse regering over de minimale rechtspositieregeling niet. Een studiedag vormde de aanleiding voor de protestactie.
In vorige edities van Tribune werd de stand van zaken al toegelicht wat betreft de toepassing van de artikels 116 en 112 van respectievelijk het Gemeente- en het Provinciedecreet. Sinds vorig jaar wordt hierover immers onderhandeld met het kabinet van minister Marino Keulen. De eindteksten vormen een duidelijk beeld van waar we naar toe gaan:
- statutaire rechten inzake evaluatie komen in het gedrang.
- statutaire rechten inzake de verlofregelingen en feestdagen komen in het gedrang.
- statutaire rechten inzake vorming komen in het gedrang.
- statutaire rechten inzake vergoedingen voor zondag- en zaterdagwerk, overuren en andere buitengewone prestaties komen in het gedrang.
De evaluatie gebeurt in de toekomst door één leidinggevende en het functioneringsgesprek valt weg. Ontslag na één negatieve beoordeling behoort tot de mogelijkheden.
Verlof en feestdagen worden in vraag gesteld. Besturen kennen in de toekomst verlof en feestdagen toe binnen een minimum- en een maximumgrens. Uitgewerkte voorbeelden op grond van bestaande statuten wijzen op een vermindering van afwezigheidsdagen wegens verlof en feestdagen.
Buitengewone prestaties
Afspraken inzake vorming worden niet meer vermeld. Lokale besturen bepalen autonoom de aard van de vorming, de duurtijd en de kwaliteit, allemaal binnen een strikt financieel karkas. De notie ‘levenslang leren’ wordt hierbij fundamenteel oneer aangedaan.
Vergoedingen wegens buitengewone prestaties worden in vraag gesteld. Het voorstel voorziet enkel nog facultatieve vergoedingen met minima (0%) en maxima (100%). Lokaal zal elke vergoeding (voor zondag- en nachtwerk bijvoorbeeld) die vandaag in het statuut wordt voorzien, opnieuw ter discussie worden gesteld.
Overuren worden in de toekomst alleen nog vergoed als ze binnen de vier maanden niet gecompenseerd kunnen worden.
Geen garanties
Het variabel maken van al deze vergoedingen betekent voor de ACOD dat er van minimale rechten geen sprake meer is. Garanties op het behoud van het huidige statuut kunnen immers niet meer worden gegeven. Aangezien personeelsleden tewerkgesteld bij de lokale besturen geen afdwingbare rechten hebben ten overstaan van de Arbeidsrechtbank, lopen ze het risico een slechter statuut te krijgen dan het personeel in de privésector.
Zowel ACOD als VSOA hebben de voorstellen verworpen. De collega’s van het ACV-OD hebben er blijkbaar geen enkel probleem mee: in een mededeling stellen ze dat een meerderheid van hun achterban achter de voorstellen staat.
Acties
De ACOD zal dit voorstel over de rechtspositieregeling onder de huidige voorwaarden onder geen enkel beding aanvaarden. Een eerste actie vond plaats op 19 april in Sint-Laureins, waar HR Square en het Streekplatform+ Meetjesland een seminarie organiseerden.
Op het programma stond onder meer een toelichting door Myriam Parys, voorzitster van Comité C1 en medewerkster van het kabinet Keulen. Door toedoen van ACOD en VSOA en de oproep tot actie bleef genoemde echter afwezig.
We blijven de organisatie van een seminarie en de aangekondigde aanwezigheid van een kabinetsmedewerkster een deontologische fout noemen, zeker wanneer vaststaat dat dit seminarie over de nieuwe rechtspositieregeling wordt georganiseerd op een moment dat er:
- geen formeel besluit van de Vlaamse regering is.
- geen protocol werd ondertekend door de vakbonden.
Op 24 mei wordt een 24 uursstaking georganiseerd voor het kabinet van de minister-president. Over deze actie en de gevolgen ervan voor de voorstellen wordt bericht in de volgende editie van Tribune.