Vlaamse overheid: opstart werkgroep loopbaan- en beloningsbeleid blijkt fiasco


Op 26 en 27 september zou een werkgroep loopbaan- en beloningsbeleid opstarten. Het doel: een gevolg breien aan het project functieclassificatie. Helaas verloopt niet alles op wieltjes.

Het project lijkt ver gevorderd: er is een functieniveaumatrix, de meeste functies zijn ingedeeld, de meeste personeelsleden hebben een aangepaste correcte functiebeschrijving en een zeer groot aantal functies werden ingedeeld in de juiste klasse en niveau. Er werd ook een externe beroepscommissie opgericht. Voor de overheid leek dit het moment om over loopbanen en verloning in hetzelfde kader te gaan brainstormen.

Toch nog problemen

De ACOD merkt echter dat er nog heel wat problemen zijn. Een aantal functies geraken niet ingedeeld en lijken ontoewijsbaar. Een aantal mensen hebben hun functiebeschrijving onder al dan niet lichte dwang getekend en zien dus af van beroep.
En last but not least, een aantal entiteiten, waaronder zelfs een topdepartement Kanselarij en Bestuur (DKB), geleid door Martin Ruebens, voorzitter van het Voorzitterscollege en Kind en Gezin hebben een proefproject opgestart om op een andere manier te gaan werken. Zo werkt DKB bijvoorbeeld met ‘zelfsturende teams’, dus zonder teamchefs, waardoor het aspect bevordering sterk zal afnemen.
Dergelijke ingrepen moeten worden begeleid door de ‘begeleidingscommissie’, een paritair samengesteld orgaan waar vakbonden en overheid in consensus het verloop van het project functieclassificatie in de juiste richting leiden. Als ACOD hebben we meermaals gevraagd om deze commissie bijeen te roepen. Wat tot op heden niet is gebeurd.

‘Out of the box’?

De werkgroep van 26 en 27 september draaide dus uit op niets. We werden op geheimzinnige manier naar de Plantentuin van Meise gelokt om samen met Ernst & Young – een te duur adviesbureau die het evenement zou moeten begeleiden – afgevaardigden van de Vlaamse regering en van de administratie op een speelse manier, startend vanaf nul, tot een totaal nieuw loopbaan- en beloningsbeleid te komen. Het geheel kwam te speels, zelfs ridicuul over.
Er werd zowel aan vakbondssecretarissen als aan de afgevaardigden van de regering en administratie gevraagd het hedendaags verloningssysteem volledig uit gedachten te zetten om ‘out of the box’ te denken. Onmogelijk, gelet op het feit dat wij werken voor onze achterban – personeelsleden van de Vlaamse overheid – en we steeds moeten terugkoppelen naar onze afgevaardigden. Ook hebben we gezegd dat we bij onze eis blijven dat eerst de begeleidingscommissie duidelijkheid moet brengen en beslissingen nemen voor de toekomst.
Dus heeft de overheid met ons moeten besluiten dat de stekker eruit gaat tot de begeleidingscommissie heeft geoordeeld. En we hopen dat als er een werkgroep loopbaan- en beloningsbeleid komt, deze dan wel serieus wordt aangepakt en niet op padvinderswijze.

Jan Van Wesemael