De basisopleiding tot inspecteur van politie werd hervormd. Wat verandert er en welke gevolgen heeft dat?

De wijzigingen aan de basisopleiding werden ingevoerd met een Koninklijk Besluit van 24 september 2015. Via een Ministerieel Besluit van dezelfde datum werden de modaliteiten van deze hervorming verder uitgewerkt. De nieuwe regels zijn van toepassing vanaf 1 oktober 2015. Opleidingen die voor 1 oktober 2015 werden aangevat, blijven de oude reglementering toepassen.

Doel

De basisopleiding wil aspirant-inspecteurs de professionele basiscompetenties bijbrengen zodat deze in staat is om:
- Het geheel van taken van bestuurlijke en gerechtelijke politie verbonden aan de uitoefening van het politieambt binnen het basiskader te vervullen, alsook het geheel van taken die voortvloeien uit zijn bevoegdheid binnen de politiediensten op zich te nemen.
- Een loopbaan aan te vangen in elke niet-gespecialiseerde betrekking binnen het basiskader.

De aspirant-inspecteur moet op het einde van de basisopleiding beantwoorden aan het competentieprofiel dat opgenomen is in het Ministerieel Besluit van 24 september 2015. Het bevat algemene politionele competenties, specifieke politionele competenties en technische politionele competenties, waarbij rekening wordt gehouden met wat men dient te weten (kennis), te kunnen (vaardigheden) en te willen (attitudes).

Tijdsduur

De basisopleiding van het basiskader duurt één jaar en omvat 1314 studie-uren en 328 uren werkplekleren. Deze basisopleiding wordt opgedeeld in twee blokken. Elk blok bevat een aantal clusters. Daarnaast zijn er clusters die in de twee blokken worden gegeven (de transversale clusters).
Het eerste blok bevat 5 clusters: de politiediensten in relatie tot de bestuurlijke en gerechtelijke organisatie (40 uur), de wet op het politieambt (40 uur), politionele deontologie (24 uur), inleiding tot het recht (60 uur) en de wegcode (30 uur).
Blok 2 bevat de clusters domeinspecifiek recht (120 uur), informatiemanagement (122 uur), politioneel onthaal en bejegening (78 uur), politioneel tussenkomen (176 uur), onderzoeken (100 uur) en verkeer (114 uur).
De transversale clusters die doorheen blok 1 en 2 lopen zijn maatschappelijke oriëntering (32 uur), communicatie (100 uur), sport (90 uur) en geweld- en stressbeheer (188 uur).

Werkplekleren

De nadere regels voor het werkplekleren moeten worden uitgewerkt door de directeur-generaal van de algemene directie van het middelenbeheer en de informatie (DGR).

Beoordeling

Tijdens de opleiding wordt de aspirant per cluster, en op elk van de daaraan gekoppelde competenties en doelstellingen beoordeeld. Voor elke cluster dient een permanente evaluatie te gebeuren op basis van de opdrachten, werkstukken en proeven die uitgevoerd zijn gedurende de opleidingscyclus.
Op het einde van elk blok worden examens georganiseerd voor elke cluster van dat blok. Per cluster van blok 1 wordt een schriftelijk examen georganiseerd. Per cluster van blok 2 en per transversale cluster wordt een schriftelijk en/of mondeling en/of praktisch examen georganiseerd.
Aansluitend op de examens van clusters uit blok 2 en van de transversale clusters, wordt een geïntegreerde proef georganiseerd. De geïntegreerde proef bestaat uit:
- Een geïntegreerde praktijkoefening.
- Een geïntegreerd mondeling examen, dat bestaat uit een geïntegreerde toetsing van de verschillende clusters.

Men is geslaagd voor blok 1 wanneer men voor elk cluster minimaal 12/20 scoort en geen vermelding ‘onvoldoende’ krijgt voor zijn professioneel functioneren. Wie niet voldoet aan deze voorwaarde, krijgt een nieuwe kans tijdens een tweede zit. Beide zittijden dienen gescheiden te zijn door minimaal 15 en maximaal 20 werkdagen. Wanneer men na de tweede zittijd niet geslaagd is, maar geen cijfers onder de 10/20 behaalde en geen vermelding ‘onvoldoende’ krijgt voor professioneel functioneren, mag men blok 1 eenmaal opnieuw volgen. Indien men in de tweede zittijd cijfers onder 10/20 behaalde, is men niet geslaagd en wordt men afgewezen. De procedure voor afwijzing is uitgewerkt in het Ministerieel Besluit.

Eindexamen

Op het einde van blok 2 wordt het eindexamen georganiseerd dat bestaat uit examens over de clusters van blok 2, examens over de transversale clusters, een geïntegreerde proef en de eindevaluatie van het professioneel functioneren.
Men is geslaagd in de basisopleiding wanneer men 12/20 voor elk cluster van blok 2 behaald, 12/20 voor elke transversale cluster behaald, 12/20 voor alle competenties van de cluster geweld- en stressbeheer behaald en 12/20 voor alle onderdelen van de geïntegreerde proef. Daarnaast mag men geen onvoldoende hebben voor het professioneel functioneren.
Ook hier is een tweede zittijd mogelijk, die onder dezelfde omstandigheden verloopt als bij blok 1. Wanneer de aspirant niet slaagt tijdens de tweede zittijd van blok 2, wordt de jury bijeengeroepen voor advies. Die kan voorstellen dat de betrokkene wel geslaagd is, dat hij de basisopleiding geheel of gedeeltelijk mag overdoen of dat hij niet geslaagd is. De directeur-generaal neemt de uiteindelijke beslissing in het dossier. In afwachting van die beslissing kan de aspirant alleen worden ingezet voor opdrachten die geen politiebevoegdheden vereisen.

Stage

Na de opleiding volgt nog een stage van 6 maanden.

Eric Picqueur