Vlaams leidend ambtenaren krijgen opleiding als buitenwippers
Het gebeurt nog: we krijgen een omslag zonder afzender bezorgd met de vermelding 'vertrouwelijk'. Deze keer bevatte die documenten over de evaluatieprocedure, met een watermerk 'ontwerp'. Het ging hier over een drietal bundels met telkens de titel 'Toekennen van een loopbaanvertraging of onvoldoende binnen de PLOEG-cyclus'. De voettekst maakt duidelijk dat de Afdeling Regelgeving van het Departement Bestuurszaken misschien niet de auteur is, maar op zijn minst instaat voor de coördinatie en de opmaak van de teksten. Notities in de marges dragen duidelijk de stempel van het College van Ambtenaren-Generaal.
Het eerste document is de hoofdtekst met als volledige titel 'Toekennen van een loopbaanvertraging of onvoldoende binnen de PLOEG-cyclus – Een praktische gids (versie januari 2012)'. Er is een bijlage in tabelvorm met de te volgen procedurestappen en een andere bijlage geeft antwoord op veel gestelde vragen. Alle documenten samen vormen een brochure van een zestigtal pagina’s. De brochure is een handleiding van richtlijnen en aanbevelingen over de evaluatiecyclus die tot de kwalificatie loopbaanvertraging of onvoldoende kan leiden.
Op het eerste gezicht is het niet verkeerd dat de Vlaamse overheid het initiatief neemt om leidinggevenden te helpen om de statutaire voorschriften van de evaluatieprocedure correct toe te passen. Dat is zelfs in het voordeel van de geëvalueerde personeelsleden. Het verhaal wordt echter minder fraai als men zich enkel concentreert op het negatieve aspect. De brochure legt in detail uit welke procedurestappen moeten worden gevolgd als er een loopbaanvertraging of onvoldoende wordt toegekend. Wat dient er te worden gedaan en wat vermeden opdat bij een negatieve evaluatie het betrokken personeelslid zo weinig mogelijk kans maakt als hij beroep aantekent bij de Raad van Beroep, en in het verlengde daarvan bij de Raad van State. Men focust zowel op de vastbenoemde, als de contractuele personeelsleden. Bij de contractuele personeelsleden wordt uitgelegd hoe hun arbeidsovereenkomst moet worden opgezegd, opdat hun kansen bij een beroep bij een arbeidsrechtbank minimaal worden.
Ondergetekende nam deel aan alle onderhandelingen over het 'vernieuwde' Vlaams personeelsstatuut sinds 1994. Er is door de politieke en administratieve overheid altijd gesteld, dat de functioneringsevaluatie een positieve doelstelling heeft. Men beweerde dat men aldus tot een zelflerende organisatie wilde komen, waar organisatie en personeel continu positief evolueren en dat in het belang van beiden. In de brochure lezen we echter geen enkel woord over begeleiding van personeelsleden die het eventueel wat moeilijker hebben in hun functie. Er staat niets in over hoe kan worden voorkomen dat een personeelslid in de fout zou gaan. Personeelsbegeleiding en/of loopbaanbegeleiding komen totaal niet aan bod.
De essentie van de brochure is: hoe kunnen we personeelsleden foutloos en zonder risico’s voor de leidinggeven negatief evalueren en op straat zetten (contractuele personeelsleden of vastbenoemden die tweemaal na elkaar een onvoldoende krijgen). In de brochure staat dat ze is bestemd voor leidinggevenden en eventueel voor HR-verantwoordelijken. Evaluatoren zijn dus blijkbaar niet belangrijk. Toonaangevend voor deze mentaliteit is de volgende zin: "Deze praktisch gids gaat niet in op de evaluatieprocedure van de management- en projectleiderfuncties van N-niveau en van algemeen directeur". Wie zit er in het College van Ambtenaren-Generaal? Juist.
Alvast één les trekken we hieruit: voor het modale personeelslid binnen de Vlaamse overheid is het statuut van de vaste benoeming een absoluut noodzakelijke levensverzekering. Uiteraard zal de ACOD deze brochure maximaal onder haar leden verspreiden en deze gebruiken als materiaal voor de opleiding van onze afgevaardigden en verdedigers bij de Raad van Beroep.
Hilaire Berckmans